zondag 6 februari 2022

De pannentoren op de éénpitter. Mooier koken bestaat niet

 

De pannentoren op de eenpitter. Mooier koken bestaat niet





    Zeker voor trekkende kampeerders is koken een uitdaging, zeker bij een gerecht dat meerdere pannen vraagt ;

    Pannen stapelen op een eenpits gasstelletje werkt wel;

    Je eten smaakt beter als je er zoveel moeite voor hebt gedaan.



Improviseren is ook een kunst

Één van de leuke dingen van kamperen vond ik vroeger het koken op een één pits kooktoestel. Dat vroeg bepaalde vaardigheden die je thuis met je grote gasfornuis duidelijk niet bezat. En die je daar gelukkig ook niet nodig had.



eenpits kooktoestelletje




Die eenpitter kent u vast wel. Met een wegwerp butagastankje er onder. Meestal blauw van een bekend merk, maar soms kwam je ook wel eens een andere kleur tegen. Welke kleur je ook nam, alle kleuren hadden één ding gemeen: Ze raakten leeg als je bijna, maar net nog niet helemaal,  klaar was met koken. De gaspit was dan te heet om hem van de gastank af te schroeven. Dus moest je wachten tot alles voldoende afgekoeld was om de gastank te vervangen. Je eten stond intussen ook gezellig af te koelen.

Het meest logische was natuurlijk om de gastank te vervangen voor dat die echt leeg was. Een soort van preventief vervangen, zeg maar. Dat voorkomt het leegraken op een raar moment. We rijden de tank van de auto ook niet leeg, voordat we gaan tanken. (Nadat we de auto naar een tankstation hebben geduwd). Maar helaas, deze wegwerptankjes hebben geen afsluiter. Zou je het tankje los maken terwijl er nog gas in zit, dan spuit er een hoeveelheid vloeibaar butaan in de rondte. Leuk als er iemand staat te roken in de buurt. Die persoon gaat dan nog iets meemaken op zijn vakantie! Kortom, preventief vervangen was geen optie.

Genoeg over de brander en zijn kuren. Want om te koken heb je pannen nodig. En die waren er. Drie aluminium kookpannetjes waarbij twee koekenpannetjes op hun kop als deksel dienst deden. Het geheel werd met een riempje bij elkaar gehouden. Als je ooit gekampeerd hebt, dan ken je ze beslist wel.

Een punt met deze pannenset was, dat er geen handvaten of oren aan de pannen zaten. Daar deed men even niet aan. Er was een los handvat met een soort haakje en een klemmechanisme en met enige handigheid en ervaring kon je daar een pan mee van de brander lichten. Oefenen, oefenen en nog eens oefenen en dan werd het nog wel eens wat.



Maar wat als je nu meerdere dingen tegelijk warm wilt maken? Als Hollander wil je toch verse groenten en kruimige aardappelen, liefst met een warme bal gehakt. Dat zijn drie pannen. En kijk, daar was over nagedacht. De fabrikant van de pannensets had Nederlandse klanten voorzien en had de pannetjes stapelbaar gemaakt. Kijk, dat was pas innovatief denken. En dat werkte. Het kleinste pannetje ging onderop en dan maar stapelen. 

Het duurde even voordat het pannentorentje warm werd. Maar was het eenmaal warm, dan had je ook wat. Want de kokende stoom ging uitzetten en drukte het pannetje erboven omhoog. Er ontsnapte sissend een wolk kokend hete stoom en alles zakte weer terug. Dit herhaalde zich voor elke pan in een bepaald ritme. Boeiend om naar te kijken. Je kon ook onderling wedden welke pan nu weer een eruptie zou laten zien.

Het was tijdens elke vakantie onvermijdelijk dat iemand de vingers hieraan brandde en met een plotselinge reactieve beweging de kokende pannetjestoren omgooide. En daar lagen de kruimige aardappelen bij de verse groenten en de gehaktballen in het gras. Ach, kwestie van afspoelen, vers water in de pannetjes en weer verder gaan.

Moeilijker was het allemaal niet. En je had tenslotte vakantie.

Is er nog bier?


 

 LEES JIJ JETJE'S DAG OOK AL?


 



 Dit blog maakt deel uit van het netwerk van Jetje's Art Fun